Kwaliteit doen we samen
Opbrengsten op orde? Een mooie Cito-score? Top. Als Laurentius waarderen we dat. Maar meer nog zijn we geïnteresseerd in de verhalen achter de cijfers. Want aan punten en komma’s zie je niet wat leerlingen, leerkrachten en schoolleiders beweegt. Om daar achter te komen, gaan we met elkaar in gesprek. Leerkrachten bespreken samen met schoolleiders welke ontwikkelingen er zijn. Draagt differentiatie werkelijk vrucht? Waar zie je dat eigenlijk aan? Het zijn zomaar wat vragen die tijd en ruimte nodig hebben. Op hun beurt voeren schoolleiders regelmatig gesprekken met het College van Bestuur over de betekenis van cijfers en scores. In dat contact dat op alle niveaus gebeurt, wordt kwaliteit gemaakt. Zie het zo: zodra leerling en leerkracht een band met elkaar krijgen, komt ontwikkeling op gang. Dit is het fundament van alle onderwijskwaliteit die tot bloei komt.
Vandaar dat we het hebben over ‘kwaliteit in beweging’. Kwaliteit is niet statisch, zij is organisch.
Vertrouwen geven
Eigenaarschap is een van onze belangrijkste kernwaarden: We geven elkaar op alle niveaus vertrouwen: doe maar, je kunt dit en vertel vooral hoe het gaat of juist niet gaat. We zijn wat je noemt een ‘high trust’ organisatie, onze voorwaarde voor kwaliteit. Scholen hebben hun eigen verantwoordelijkheid en richten naar eigen professioneel inzicht het onderwijs in. Zoals schoolleider Peter Grootscholten zegt:'Wie het weet, mag het zeggen, wie het kan, mag het doen.'Want, vindt Peter, je moet professionals hun werk laten doen. Onze leerkracht Jordi van de Pijl weet hoe dat voelt:'Ik werd begeleid door collega-leerkracht Anushka Rasaga, zij zag me als leerkracht, dat gaf me veel vertrouwen."
Harde cijfers, zachte krachten
En dan breekt er een tijd aan dat de resultaten van een school even tegenvallen. Onder begeleiding van een van onze belidsmedewerkers onderwijskwaliteit, Linda van der Burgh of Alfons Flik kan er dan, na een kwalitatieve analyse, een verandertraject gestart worden.
Beleidsmedewerker Alfons Flik: ’Taal en rekenen zijn zeker niet allesbepalend voor onderwijskwaliteit. Onderwijskwaliteit gaat over het hele primaire proces. Samenwerken, zelfstandigheid, kritisch denken, kortom: alle 21ste -eeuwse vaardigheden bepalen net zo hard de kwaliteit van het onderwijs. Ook al heb je daar geen scores van, zij zijn essentieel voor de onderwijspraktijk.’ Alfons Flik bewaart de balans tussen laten gaan en een hand uitsteken.
Hoe zie je dat?
Kun je kwaliteit eigenlijk zien? Ja hoor. En je kunt het ook horen. Collega Christel Labeur (Oostpoort, Delft) hoorde het van een leerling die tegen haar zei: ‘Ik vind het belangrijk dat school mij de ruimte geeft om mezelf te kunnen zijn, en ja, ik ben misschien anders.’ Collega Marjolein Klunder, schoolleider van de Rijswijkse Petrusschool, ziet hoe kwaliteit en plezier hand in hand gaan. In een vraaggesprek vertelt ze lachend over de tijd dat ze nog leraar was, vooral over dat ene moment toen een schoolleider bij haar in de klas kwam kijken. Soms weet je het niet, zelfs als je leraar bent.
Toekomstgericht
Wat weet je eigenlijk al? Wat wil je nog weten? Kinderen zelf aan het woord laten. Voor de leerkracht betekent dit de nieuwsgierigheid van de leerling aanwakkeren en schoolse boeken gesloten houden. Die ingrijpende ontwikkeling zie je in veel scholen van de Laurentius Stichting. Zo werken de Mariaschool (Rijswijk), de Cornelis Musius (Delft) en De Kwakel (Berkel en Rodenrijs) sinds enige tijd met IPC (International Primary Curriculum). Een werkwijze waarin het leergesprek met leerlingen centraal staat. De Mgr. Bekkersschool werk succesvol met een geheel nieuw curriculum: PYP (Primary Years Programme). Breinleren op de Poolster (Berkel en Rodenrijs) of het Leren Zichtbaar Maken op de Titus Brandsmaschool – het zijn steeds voorbeelden van ontwikkeling die wijzen naar een toekomst waarin we elkaar lerend vinden in samenwerking en (zelf)vertrouwen.
Draaiende wieken: Kwaliteit in beweging
Hoe leef je kwaliteit, welke stappen moet je zetten om de leerkracht te worden die je wilt zijn? Geloof het of niet, maar de molen hieronder, getekend door een leerling van de PiusX (Bergschenhoek) says it all. Ton Christophersen, lid van College van Bestuur, introduceerde de molen als het kompas van onderwijskwaliteit:
“Wat ambiëren we in ons Laurentius-onderwijs? Om die vraag draait het steeds. Als we het hierover hebben dan hebben we het over het hart van het onderwijs. Hoe zorgen we er voor dat we die ambities verwezenlijken? Wat hebben we daar voor nodig? De draaiende wieken laten de stappen zien.” Visie, zicht hebben op een horizon, zo zegt Ton, is natuurlijk een eerste vereiste. Zelf wil hij als mede-bestuurder 29 draaiende molentjes zien. Voor elke Laurentius-school één, de 30ste reserveren we voor het stichtingsbrede kader: “Je wilt weten waar je naar toegaat als school én als schoolbestuur. Je wilt ook weten wanneer je tevreden bent als leerkracht, als schoolleider, als bestuurder. Alleen al het stellen van de vraag, ook al heb je het antwoord niet onmiddellijk voorhanden, brengt je in beweging.” Ben je tevreden als je op de gemiddelde norm van de Onderwijs Inspectie zit? Of knaagt er nog iets en droom je van andere vergezichten? “Je hebt hoe dan ook informatie en standaarden nodig, daar ontkom je niet aan, je moet weten waar je bent, anders kun je niet weten hoe je op weg gaat. Maar die gegevens moet je niet alleen analyseren, je moet er ook betekenis aan geven en dat gebeurt in een inhoudsrijk gesprek.” Wat is dat? “Dat is een gesprek waarin je je kaarten op tafel legt. Of je nu bestuurder, leerkracht of schoolleider bent. Wat zie je aan de data, aan de ontwikkelingen in de opbrengsten, wat is je situatie? Ik zie graag dat we vanuit onze bedoeling praten als we het hebben over onze ambities: wat wil ik, wat willen wij? Jazeker, daar hebben we allemaal moed voor nodig. Maar als je dat doet dan sta je ook meteen aan het roer.”